Terwijl het Coronavirus een verlammend effect heeft op onze samenleving, werken mensen in cruciale beroepen keihard door. Soms met gevaar voor de eigen gezondheid! Deze, vaak onzichtbare, helden verdienen onze aandacht, waardering en dank. Nu nog meer dan ooit!
We spreken met Daan Pingen. Daan is lid van de Jonge Socialisten Limburg, lid van de PvdA en werkt op de versafdeling en als vakkenvuller bij de Albert Heijn XL in Venlo.
Hoe gaat het met jou en hoe is het op je werk?
“Met mijzelf gaat het best prima. Toch heeft corona je leven overhoop gegooid. Je kan niet meer naar school, uitgaan en met vrienden chillen kan ook niet meer. Niet op de manier zoals we dat eerst deden.
Op het werk is het nu rustiger. De Albert Heijn XL is hier vooral neergezet omdat er veel Duitsers komen. Nu je bij de grens gevraagd wordt wat je komt doen zien we bijna geen Duitsers meer. Voor de Albert Heijn betekent dat 30% minder omzet. En dat er minder vakkenvullers en mensen achter de kassa nodig zijn.
Op het werk wacht je wat meer op elkaar als je ergens naar toe moet in de winkel. Een winkelkarretje is verplicht en we hebben een uurtje voor ouderen tussen 07.00 en 08.00 in de ochtend. Daar maken steeds meer ouderen gebruik van.”
“Je merkt dat de meeste mensen 10 keer meer respect voor het werk van een vakkenvuller hebben gekregen.”
Wat merk je op je werk van de Coronacrisis?
“De eerste paar weken waren een paar gangen helemaal leeg. De schappen met lang houdbare producten waren zo leeg. We hielden een paar karren achter zodat we niet uitverkocht zouden raken voor mensen die toch nog iets nodig hadden.
Nu draag ik een hesje met de tekst ‘houd afstand’ en je ziet dat daar verschillend mee wordt omgegaan. De meeste mensen proberen er zich aan te houden en in de winkel wachten we dan even op elkaar. Toch zijn er nog genoeg mensen die toch snel de champignons moeten hebben en op 10 centimeter afstand het product snel uit het schap trekken.
De uren voor mij blijven bijna hetzelfde. We hebben minder vraag naar producten en het is minder druk in de winkel. Dat merk je wel. Mensen moeten buiten wachten en een karretje meenemen. Dat doet bijna iedereen nu uit zichzelf. Laatst was er een klant die een mondkapje op had en dacht dat hij daarom geen karretje nodig had. Daar spreken we mensen dan op aan. Je merkt dat de meeste mensen 10 keer meer respect voor het werk van een vakkenvuller hebben gekregen. Toen ik laatst een half uur de winkelkarretjes aan het poetsen was, bedankte minimaal vier mensen me voor het werk wat ik deed en dat ons werk ontzettend belangrijk is. Anderen mensen kunnen niet meer doen wat ze normaal deden. Soms worden ze dan onbeschoft en schelden ze medewerkers uit die hen aanspreken uit voor hoer of wensen je corona toe.”
Wat vind je ervan dat je baan nu aangemerkt wordt als essentieel?
“Het is te begrijpen want wij zijn de levensaders van de maatschappij, als supermarkt ben je de bron waar mensen hun eten en drinken halen. Het voelt ook apart. In de supermarkt heb je toch flink wat contact met mensen, dat vergroot ook de kans dat je besmet raakt. Als vakkenvuller vinden wij het normaal dat we ons werk moeten doen. Want zonder ons hebben mensen geen eten en drinken. Dat motiveert ons ook om het werk te blijven doen.
Bij onze supermarkt gaat het management gelukkig goed om met gezondheidsklachten. Als je een lichte hoest hebt kun je gewoon komen maar bij een lichte koorts moet je thuis blijven. Daar zijn ze nu ook makkelijker in dan dat ze eerst waren. Voor corona werd dan gevraagd of je toch niet kwam werken, nu kun je makkelijker thuis blijven. Ik hoor ook dat niet elke supermarkt daar even goed mee omgaat. Er zijn op dit moment niet meer mensen ziek dan normaal. zelf ben ik na de carnaval vier dagen ziek geweest normaal heb ik daar nooit last van. Maar gelukkig ben ik bijna nooit ziek en ben ik nu ook gezond.”
Wil je ons nog iets meegeven?
“Dat we elkaar moeten respecteren als we ergens naar toe gaan. We zijn een maatschappij en doen dit voor elkaar.”
Bedankt Daan voor het interview en het werk dat je doet!