“Brood en Rozen”, Extra oog voor vrouwen op de arbeidsmarkt!
“The worker must have bread, but she must have roses, too.” Het is een beroemd citaat uit de speech van de Amerikaanse vakbondsleidster, socialiste en feministe Rose Schneiderman tijdens de massale demonstratie van vrouwelijke textielarbeiders in New York op 8 maart 1908. Het was één van de eerste stakingen van vrouwelijke fabrieksarbeiders voor betere arbeidsomstandigheden en het prille begin vrouwenemancipatie. In 1911 werd 8 maart door de Duitse socialiste Clara Zetkin uitgeroepen tot Internationale Vrouwendag.
Hoewel de positie van vrouwen op de arbeidsmarkt enorm is verbeterd, zijn we er nog niet. Het aantal vrouwen in topposities in het openbaar bestuur en het bedrijfsleven is nog altijd erg laag. Slechts 52% van de vrouwen is financieel onafhankelijk. Vrouwen met kinderen werken gemiddeld beduidend minder uren dan mannen met kinderen, en verdienen ook duidelijk minder per uur (bij dezelfde leeftijd en opleiding).
Maar er is meer. Traditioneel is de zorg een sector waar veel vrouwen werkzaam zijn. Uit recent onderzoek blijkt dat van alle zorgmedewerkers in Limburg maar liefst 84% vrouw is. Bovendien is de gemiddelde leeftijd van deze vrouwen 42 jaar.
De hervormingen in de zorg moeten de kwaliteit van de zorg verbeteren en de kosten beteugelen, door de cliënt centraal te stellen. De zorg komt daarmee dichter bij mensen, maar dat heeft ook gevolgen voor de werkgelegenheid in de sector. De voorspellingen zijn dat de werkgelegenheid tussen 2012 en 2017 in Limburg met 2.910 arbeidsplaatsen zal afnemen, waarvan een groot deel in de thuiszorg.
Landelijk hebben minister Asscher en staatssecretaris Van Rijn 75 miljoen uitgetrokken om ervoor te zorgen dat zoveel mogelijk thuiszorgmedewerkers hun baan blijven houden, maar we zullen meer moeten doen.
We zullen ervoor moeten zorgen dat deze vrouwen zo snel mogelijk weer een nieuwe baan vinden. Een deel zal prima op eigen kracht kunnen, maar wie begeleiding nodig heeft moet dat ook krijgen. We moeten voorkomen dat deze vrouwen langdurig werkloos worden en we zijn het aan onze stand verplicht om vrouwen die wel voor langere tijd werkloos zijn, te helpen om in het arbeidsproces terug te keren.
Op 8 maart 2015, Internationale Vrouwendag, pleit ik daarom namens PvdA Limburg voor “brood en rozen” voor de medewerksters in de Limburgse zorgsector.
Er moet stevig worden ingezet op de mobiliteit, zodat goede vakkrachten voor een organisatie of voor de sector behouden kunnen blijven. Daar is samenwerking op regionaal niveau voor nodig. Als het aan de PvdA ligt, dan neemt de provincie daarin een leidende en verbindende rol. Vanuit euregionaal perspectief moet ook gekeken worden naar de grensoverschrijdende mogelijkheden. Hierbij hoort dat ook wordt ingezet op om en bijscholing.
Bovendien kan geld van de provincie verbonden worden aan middelen van gemeenten, UWV en scholingsfondsen van branche-organisaties. Zo kunnen we werkgevers financieel ondersteunen om meer leer-werkplekken met een baangarantie beschikbaar te stellen voor jonge studenten. Vanuit deze middelen kunnen we 45 plussers, die zonder werk zitten, inzetten als stagebegeleiders en coach. Op die manier snijdt het mes aan drie kanten: jongeren krijgen een kans om hun opleiding af te maken, het reguliere personeel van werkgevers wordt niet extra belast om deze jongeren te begeleiden en werkloze 45 plussers krijgen weer een plek op de arbeidsmarkt.